Hoe maak je een mindmap ?
1) Start met een centraal beeld of woord
Een mindmap start je altijd met het opschrijven van een woord of het kleuren van een tekening in het midden van de ruimte. Dit woord geeft het onderwerp van je les weer.
2) Maak takken & subtakken
Vervolgens teken je verschillende takken vanuit dit centrale beeld naar de buitenkant van je werkruimte. Op deze takken kun je woorden schrijven of plaatjes tekenen. Je kunt deze takken vergelijken met de structuur van een boom.
3) Gebruik maximaal 1 sleutelwoord per tak
Belangrijk bij het maken van een mindmap is dat je slechts één woord per tak opschrijft. We zijn gewend om veel te schrijven, dus dit kan soms een uitdaging zijn als je net begint. De woorden op de zijtakken geven de verschillende onderdelen van de les weer.
4) Maak je mindmap van globaal naar specifiek
Wanneer je een mindmap maakt, dan maak je deze altijd van globaal naar specifiek. De takken die het dichtste bij het midden staan bevatten algemene of globale informatie. Hoe verder je naar de buitenkant van je werkruimte komt, hoe specifieker de informatie wordt die je opschrijft.
Stel, je maakt een mindmap over de boerderij (dat voorbeeld kennen we allemaal). De “globale” takken die je kunt tekenen zijn bijvoorbeeld: dieren, voertuigen, gewassen, etc. De dieren zijn nogal globaal (je zou het ook een categorie kunnen noemen) en vanuit daar kun je steeds specifiekere takken gaan tekenen. Misschien zou jij ervoor kiezen om een onderscheid te maken tussen vee (de ene tak) en huisdieren (een tweede tak). Dat is al een stukje specifieker. Vervolgens maak je bij de tak “vee” subtakken met: koe, paard, schaap, varken, etc. Deze takken staan verder naar de buitenkant en de informatie is erg specifiek.
5) Werk in de richting van de klok
Om een mindmap overzichtelijk te houden is er ooit afgesproken om deze met de klok mee te maken en op één uur te starten. Wanneer iedereen dit doet kunnen andere mensen je mindmap makkelijk lezen. Op deze manier kun je ook een chronologische volgorde aangeven. Wanneer je een mindmap uitleest of wilt onthouden, staat de informatie in de juiste volgorde en raak je niet in de war.
6) Gebruik verschillende kleuren
Het opschrijven van woorden activeert vooral gebieden aan de linkerkant van je hersenen. Om informatie makkelijk te onthouden is het ook handig om gebieden in je rechter hersenhelft te stimuleren. Dit kun je doen door verschillende kleuren te gebruiken. Onderzoek heeft laten zien dat het gebruik van kleuren vooral gebieden aan de rechterkant van je hersenen activeren.
Gebruik je kleuren alleen niet willekeurig, maar geef elke tak een aparte kleur. Zo associeer je een specifieke tak met een bepaalde kleur. Je hersenen kunnen de informatie dan makkelijker onthouden. Uiteraard kun je de tekeningen wel verschillende kleuren geven.
7) Maak tekeningen
“Een foto zegt vaak meer dan 1000 woorden“, zo luidt het spreekwoord. Het zou dus gek zijn om je mindmap vol te schrijven met woorden wanneer je dit kunt vervangen door enkele plaatjes of tekeningen. Bovendien stimuleren plaatjes, net als het gebruik van kleuren, delen in de rechterkant van je hersenen. Plaatjes en tekeningen zijn dus een ideale manier om informatie makkelijk te onthouden.
Een mindmap start je altijd met het opschrijven van een woord of het kleuren van een tekening in het midden van de ruimte. Dit woord geeft het onderwerp van je les weer.
2) Maak takken & subtakken
Vervolgens teken je verschillende takken vanuit dit centrale beeld naar de buitenkant van je werkruimte. Op deze takken kun je woorden schrijven of plaatjes tekenen. Je kunt deze takken vergelijken met de structuur van een boom.
3) Gebruik maximaal 1 sleutelwoord per tak
Belangrijk bij het maken van een mindmap is dat je slechts één woord per tak opschrijft. We zijn gewend om veel te schrijven, dus dit kan soms een uitdaging zijn als je net begint. De woorden op de zijtakken geven de verschillende onderdelen van de les weer.
4) Maak je mindmap van globaal naar specifiek
Wanneer je een mindmap maakt, dan maak je deze altijd van globaal naar specifiek. De takken die het dichtste bij het midden staan bevatten algemene of globale informatie. Hoe verder je naar de buitenkant van je werkruimte komt, hoe specifieker de informatie wordt die je opschrijft.
Stel, je maakt een mindmap over de boerderij (dat voorbeeld kennen we allemaal). De “globale” takken die je kunt tekenen zijn bijvoorbeeld: dieren, voertuigen, gewassen, etc. De dieren zijn nogal globaal (je zou het ook een categorie kunnen noemen) en vanuit daar kun je steeds specifiekere takken gaan tekenen. Misschien zou jij ervoor kiezen om een onderscheid te maken tussen vee (de ene tak) en huisdieren (een tweede tak). Dat is al een stukje specifieker. Vervolgens maak je bij de tak “vee” subtakken met: koe, paard, schaap, varken, etc. Deze takken staan verder naar de buitenkant en de informatie is erg specifiek.
5) Werk in de richting van de klok
Om een mindmap overzichtelijk te houden is er ooit afgesproken om deze met de klok mee te maken en op één uur te starten. Wanneer iedereen dit doet kunnen andere mensen je mindmap makkelijk lezen. Op deze manier kun je ook een chronologische volgorde aangeven. Wanneer je een mindmap uitleest of wilt onthouden, staat de informatie in de juiste volgorde en raak je niet in de war.
6) Gebruik verschillende kleuren
Het opschrijven van woorden activeert vooral gebieden aan de linkerkant van je hersenen. Om informatie makkelijk te onthouden is het ook handig om gebieden in je rechter hersenhelft te stimuleren. Dit kun je doen door verschillende kleuren te gebruiken. Onderzoek heeft laten zien dat het gebruik van kleuren vooral gebieden aan de rechterkant van je hersenen activeren.
Gebruik je kleuren alleen niet willekeurig, maar geef elke tak een aparte kleur. Zo associeer je een specifieke tak met een bepaalde kleur. Je hersenen kunnen de informatie dan makkelijker onthouden. Uiteraard kun je de tekeningen wel verschillende kleuren geven.
7) Maak tekeningen
“Een foto zegt vaak meer dan 1000 woorden“, zo luidt het spreekwoord. Het zou dus gek zijn om je mindmap vol te schrijven met woorden wanneer je dit kunt vervangen door enkele plaatjes of tekeningen. Bovendien stimuleren plaatjes, net als het gebruik van kleuren, delen in de rechterkant van je hersenen. Plaatjes en tekeningen zijn dus een ideale manier om informatie makkelijk te onthouden.